TILBURG – Na tien jaar is de Europese Unie akkoord over een vrouwenquotum binnen de Europese bedrijfstop. Dit gebeurde na een overeenkomst van de lidstaten en het Europees Parlement. De invoering van het quotum betekent dat landen als Cyprus, Estland en Malta flink wat vrouwen binnen de top moeten invoeren om te voldoen aan de gemaakte afspraken.
Onder andere Nederland heeft ervoor gezorgd dat het quotum na tien jaar onderhandelen wordt ingevoerd. Het kabinet heeft haar standpunt gewijzigd omdat het ‘een actief emancipatie- en antidiscriminatiebeleid wil voeren, en staat pal voor de bescherming van de Europese waarden als gendergelijkheid’. Voor Nederland lijkt er echter na deze wijziging niet veel te veranderen.
Binnen beursgenoteerde bedrijven betekent dit dat, in de raad van bestuur en raad van commissarissen, minimaal veertig procent van de commissarissen vrouw is, of minimaal een derde van hun commissarissen en bestuurders vrouw is. Bij landen als Frankrijk, België, Portugal, Zweden en Italië ligt het gemiddeld aantal vrouwelijke commissarissen al boven de veertig procent. Landen als Cyprus, Estland en Malta kennen een grote meerderheid van mannen aan de top en moeten dus flink veranderen.
De verwachting is dat het nieuwe vrouwenquotum vanaf 2024 ingaat. In Nederland geldt sinds 1 januari 2022 al een vrouwenquotum. Hierbij geldt ook dat de vijfduizend grootste ondernemingen in ons land streefcijfers moeten opstellen om meer balans te brengen in de man-vrouw verhoudingen.
